Uit onderzoek blijkt dat het bij ondernemers vaak niet goed zit met de werk-privébalans. Dat zou ook invloed hebben op hun welzijn. Ze zijn daarin echter niet alleen. Uit cijfers van het ISSP (International Social Survey Programme) blijkt namelijk wel dat ondernemers problemen ervaren met hun werk-privébalans, maar blijkt tegelijkertijd ook dat het er niet significant meer of minder zijn dan bij mensen die niet als zelfstandig ondernemer aan de slag zijn. Het is een van de redenen waarom bijvoorbeeld een cursus thuiswerken ook voor werknemers heel nuttig is. Hoe zijn deze opmerkelijke resultaten te verklaren? We duiken in een aantal onderzoeken en we leggen het voor je uit.
Meer werkuren en meer zorgen tegenover minder kinderen
Uit eerdere onderzoeken blijkt dat er bij zelfstandig ondernemerschap wel degelijk meer onheilspellende factoren zijn die voor een slechtere werk-privébalans kunnen zorgen. Zo krijgt men te maken met conflicten en met niet-betalende klanten. Daarnaast presteren zelfstandig ondernemers meer werkuren. Uit eerdere onderzoeken blijkt dat meer werkuren resulteert in meer conflicten tussen werk en privé.
Ondernemers zijn echter goed in staat om dat te compenseren. Zelfstandigen stichten bijvoorbeeld opvallend vaker kleinere gezinnen of blijven zonder gezin, waardoor ze hun verantwoordelijkheden op zowel het werkgebied als het privégebied beter met elkaar kunnen combineren.
Andere compenserende factoren
Een tweede verklaring vinden we bij het Job Demand Control Model van Karasek, ook wel eens het model van Karasek genoemd. Dit model vertrekt van het principe dat wanneer iemand meer controle over zijn werk heeft, er minder kans is op conflicten. En dat speelt in het voordeel van zelfstandig ondernemers. Ze kunnen bijvoorbeeld een time management cursus volgen en zo hun planning bijsturen. Hierdoor is de kans op conflicten tussen werk en privé kleiner dan bij een werknemer die afhankelijk is van de grillen van een manager of een werkgever.
Een andere verklaring vinden we in het stress-bufferingmodel van Wheaton. Dit model vertrekt van het principe dat sociale hulpbronnen in een betere werk-privébalans resulteren. Over het algemeen hebben ondernemers meer sociale hulpbronnen dan niet-ondernemers. Dat heeft er ook mee te maken dat, zoals eerder aangehaald, ondernemers over het algemeen kleinere gezinnen stichten. Kinderen fungeren namelijk niet als een sociale hulpbron, maar zijn net een extra zorg en verantwoordelijkheid. Het hebben van meer kinderen zorgt voor extra druk en voor minder sociale hulpbronnen.
Ondernemerschap speelt geen rol, opleidingsgraad wel
De onderzoeken tonen ten slotte ook een aantal interessante zaken aan. Zo blijkt dat leeftijd en geslacht geen invloed hebben op de werk-privébalans, maar de opleiding wel. Hoe hoger iemand is opgeleid, hoe meer werk-privéconflicten er worden ervaren. Dat is zowel bij werknemers als bij ondernemers het geval. Dat komt omdat hoger opgeleiden meer motivatie om een carrière op te bouwen ervaren en zo ook meer druk om goed te presteren. Dat wordt enigszins gecompenseerd door kleinere gezinnen te stichten, maar niet volledig. De opleidingsgraad beïnvloedt met andere woorden de mate waarin de werk-privébalans is verstoord meer dan het al dan niet aan de slag zijn als ondernemer.
In samenwerking met heteffectievewerken.nl
Mijnzzp.nl